Aanscherpen van normen

Van overheden verwachten we een ambitieus, eenduidig en uitvoerbaar duurzaamheidsbeleid. Om de hele keten mee te krijgen in de duurzame transitie is zowel regie als ondersteuning vanuit de overheid nodig. Nieuwe wetgeving is noodzakelijk om de markt te bewegen een duurzamere koers te varen en zal de nodige innovatie stimuleren om de transitie te maken naar een duurzame ontwerp- en bouwpraktijk.

De BNA pleit voor een zorgvuldige introductie van nieuwe of aangescherpte normen. Regels dienen coherent te zijn en stapeling van regels op de verschillende bestuurslagen dient voorkomen te worden. De nieuwe normen voor BENG, MPG en GWP-a dienen in samenhang bepaald te worden, waarbij conflicterende eisen moeten in kaart worden gebracht en prioriteiten bepaald. Door de berekeningen voor materiaalgebonden CO2, energieprestatie en milieuprestatie te integreren, kunnen de administratieve lasten voor geminimaliseerd worden. Nieuwe eisen dienen bovendien geleidelijk te worden ingevoerd met een haalbaar introductieniveau en met differentiatie bv. naar schaal van projecten (eerst groot, later klein), zodat er voldoende gelegenheid voor de markt is om zich voor te bereiden op de nieuwe situatie.

Om de regelgeving effectief te maken, dient bovendien sterker te worden ingezet op controles in de praktijk en effectieve handhaving door het bevoegd gezag. Gezien de belangrijke rol van architecten, is het van groot belang dat architecten voldoende voorbereid en geëquipeerd zijn voordat de nieuwe wetgeving in werking treedt. Ten gevolge van de nieuwe regelgeving zal het ontwerpproces (kennis)intensiever worden. Kennis en vaardigheden moeten de gehele branche en bouwketenbreed worden versterkt middels opleiding en training. Hiervoor dienen middelen aan de architectenbureaus beschikbaar gesteld te worden. Ook de opleidingsinstellingen spelen hier een belangrijke rol in en moeten zo nodig verplicht worden om CO2-bewust ontwerpen en bouwen te onderwijzen.